Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat schrijft in een reactie op documentaire ‘Beerput Nederland‘ dat het Rotterdams Havenbedrijf afstand neemt van de suggestie dat zij het illegaal mengen van brandstoffen faciliteert en beloven zij de kwaliteit van scheepbrandstoffen te verbeteren. Voor de rest gaan zij nergens op in. Ook de massamedia laten het afweten, de stilte overheerst.
Het lijkt dat het Ministerie heeft gekozen voor de tactiek van doodzwijgen, waarschijnlijk in de hoop dat dan de boosheid en afgrijzen van veel mensen vanzelf verdwijnt. Ondertussen komen de betrokken politici ongestraft met hun wandaden weg en gaat de verontreiniging van oppervlaktewater en lucht gewoon door alsof er niets aan de hand is.
Zij sluiten hun brief aan de Kamer af met deze passage, een soort kerstgedachte:
“De haven van Rotterdam is vanwege haar strategische ligging de grootste bunkerhaven in Europa. Vanwege deze ligging vinden internationale stromen van scheepsbrandstoffen en componenten benodigd in de productie van scheepsbrandstoffen haar weg naar de haven. Daar waar dit op deze grote schaal
gebeurt, kunnen misstanden optreden. Voor zover het Havenbedrijf dit merkt, zoekt zij uiteraard contact met de bevoegde handhavende instanties..”
Met de gedachte dat daar waar gewerkt wordt, vallen spaanders, of natuurlijk gaat er weleens wat mis, maar geen paniek, het Havenbedrijf waakt over u en het milieu.
Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat neemt niet alleen de documentaire niet serieus, maar evenmin de gezondheid van milieu en bevolking die al tientallen jaren ernstig wordt aangetast.
De grote vraag is wie komt nu in actie. Omdat de voornaamste politieke partijen medeplichtig zijn aan de milieuverontreiniging op ongekende schaal zullen zij hun vingers niet aan het afval willen branden.
Dan blijven over milieuorganisaties en burgers, die voorheen het referendum als wapen tegen corruptie konden inzetten.
Gelukkig voor Den Haag hebben veel mensen even andere prioriteiten omdat zij bezig zijn met kerstinkopen.
Rob Vellekoop, 7 december 2017