Stichting Het Levende Dorp werkt aan de realisering van het eerste dorp ter wereld, waarbij de huizen gebouwd zijn van levende bomen. Een van de initiatiefnemers Bob Radstake woont al een aantal jaar met zijn partner en twee kinderen in een dergelijke woning. Zijn doel is een levend dorp, om te laten zien dat het anders kan.
Zij gaan van start met de bouw, zodra zij 5 ha land hebben. Zij gaan graag in gesprek met gemeenten die willen vernieuwen en verduurzamen. Zij realiseren het eerste dorp in Nederland (Overijssel/ Gelderland), want hier liggen hun roots. Met het Levend Bouwen spreken ze de eigen kracht van mensen aan om een natuurlijk en eetbaar zelfvoorzienend landschap in te richten. Waarmee zij zelf de samenleving vorm geven.
Levend huis
Bob Radstake bouwde in 2014/2015 zijn huis van levende bomen. Hij zegt:”Levend bouwen is, zandzakken met aarde, daarin een boompje die in de zandzak gaat wortelen, stapel het in een cirkel zodat het zelfdragend is en de binnenkant smeren we af met leem.”
Hij vertelt dat de voordelen van een levend huis zijn dat je ervan kan oogsten (fruitbomen), het produceert zuurstof in plaats van CO2. Voor de rest is het de natuur in de vorm van een huis.
Het huis voldoet echter aan geen enkel bouwvoorschrift. Vandaar dat er dan ook geen bouwvergunning is. Radstake spreekt dit ook niet tegen. Hij zegt:”Het is eigenlijk een aardenframe waar omheen je een boom leidt. Dus uiteindelijk plant je een hele grote boom.”
De constructie van zandzakken en buigzame bomen moet bewoonbaar zijn en uit meerdere verdiepingen bestaan. De levende toren aan zijn zomerhuisje in Dalfsen is het eerste levende huis van de wereld.
Wanneer levende wortels of takken door de zandmuren of het dak heen groeien, is dat helemaal niet erg zegt Radstake: “Dan vouw je van de wortels een kast of een bank.”
In maart 2017 vertelt Radstake tijdens een interview met RTV Oost iets over zijn ideeën achter het levende huis en zijn kijk op de samenleving.
“Op mijn 31e vroeg ik me af ga ik dit mijn hele leven volhouden. Veertig uur in de week werken om ’s avonds nog even voor de tv te hangen. Daar werd ik niet blij van. Toen heb ik alles verkocht, alles weggedaan en ben naar Australië gegaan.”
“Ik ben een pionier. Ik hou van avontuur en heb veel lef. En dan is het helemaal niet moeilijk. Dan dient het zich aan. Je hoeft geen vastomlijnd plan te hebben. In principe hoe wij leven, ons gezinnetje (twee kinderen, red.) zouden we prima in de maand met 500 euro kunnen rondkomen.”
“Ik doe nu wat ik doen wil. Dat is het grote verschil met het leven wat ik hiervoor had toen ik voor een baas werkte. Dan ben je 40 uur per week voor een ander bezig. Alles wat ik doe is wat ik graag wil doen. Mijn drijfveer is mijn eigen leven leiden en een voorbeeld zijn voor anderen.”
“Dat is waar het begint: ga doen wat je leuk vindt.”
Bob woont ondertussen met zijn gezin in zijn levende huis, in het bos met nog een aantal gezinnen.
Hij vervolgt:”De massa is opgevoed met een bepaald beeld hoe je je in de maatschappij moet zetten. Dat je naar school moet gaan, een goeie baan moet hebben. Wij doen het anders. Als je je te veel van anderen aantrekt leef je te veel in een coconnetje.”
“Onze droom is om een levend dorp te bouwen. Ik voel een soort van drang om een grote groep mensen te bereiken, zodat we uiteindelijk kunnen laten zien dat het anders kan en dat dit ook nodig is.”
Voor alle mensen die willen weten hoe je zelfvoorzienend wordt hebben we een festival.
Het living village festival
Het festival wordt al een aantal jaren gehouden. De volgende editie is van 18 tot en met 25 juni 2018.
Het festival is ontstaan uit de droom van het levende dorp, wat tien jaar geleden als ingeving voorbijkwam.
Het doel van het festival is om een grote groep mensen samen te brengen zodat ze uiteindelijke een stuk land kunnen kopen waarop het levende dorp, van huizen met een levende bomenstructuur, kan beginnen.
Rob Vellekoop, 10 januari 2017
