Activist met kritiek op politiegeweld laat zich niet intimideren

Dhjana is aangeklaagd en voorlopig vrijgesproken in verband met haar kritiek op politie-optreden twee jaar geleden. Desondanks houdt zij nauwgezet nog steeds het Nederlandse politiegeweld bij, zoals iedere burger die zijn vrijheden koestert, zou moeten doen. Ze schrijft op haar website:”Ik zal mijn mond niet houden. Nu niet, in de toekomst ook niet. Dus begin ik een nieuwe serie artikelen in de categorie ‘wangedrag politie‘, waarin ik zal bijhouden waar de politie zich allemaal aan te buiten gaat.”

Dhjana vindt dat ze verwikkeld is in een politiek proces, waarmee Justitie hoopt te bereiken dat zij niet alleen gestraft wordt voor een internetartikel,

maar ook dat zij daardoor haar kritiek op politiegeweld voor zich zal houden.

In de zogenaamde zaak Poke-a-Cop is zij aangeklaagd voor opruiing en bedreiging met misdrijf tegen het leven c.q. zware mishandeling, maar op 3 mei wordt zij door de rechtbank Rotterdam vrijgesproken op beide punten. Op de valreep gaat het Openbaar Ministerie echter in hoger beroep. De zittingsdatum hiervan kan nog wel 12 maanden duren. Dus deze onverkwikkelijke zaak tegen een burger die enkel het handelen van de politie kritisch volgt is voorlopig nog niet voorbij.

Aanleiding

DLM doet verslag, dat zes politieagenten op 16 december 2016 de woning binnenvallen van schrijfster en blogger Dhjana. Zij wordt gearresteerd en 24 uur opgesloten omdat zij in een artikel het geweld van de politie bekritiseert. Dit gebeurt niet in Ankara of Istanboel of Washington DC, maar in Nederland. De politie neemt haar computer en de laptop van haar zoon in beslag.

Zij voeren haar af naar Rotterdam met de aanklacht: opruiing en bedreiging.

Dhjana heeft een artikel geschreven waarin ze, met een vette knipoog, een nieuw spelletje met bijbehorende app aankondigt: Poke-a-Cop Go, een parodie op het overbekende Pokemon. Met de app kan je poppetjes van agenten met stenen bekogelen. Natuurlijk bestaat deze app niet, zoals in het stuk te lezen staat. Zij wil het politiegeweld aan de kaak stellen met een satire. Het stuk is daarom voorzien van een reeks foto’s, van echte agenten, leden van arrestatieteams en dergelijke, met erbij toelichtende woorden zoals: extreem gewelddadig.

Het hele artikel stond op de website van Dhjana, en al snel op Indymedia. Ze moest, onder druk van de politie, het stuk van haar website verwijderen. Ze zou anders de laptop van haar zoon niet terug krijgen. Haar zoon heeft deze nodig op school: geen laptop is een reden om van school gestuurd te worden. Om dát te voorkomen, ging ze knarsetandend akkoord.

De politie heeft haar dus gechanteerd.

Rechtszitting

Op 16 april 2018 is de rechtszitting. De eis van de Officier van Justitie is 60 uur taakstraf (of één maand vervangende hechtenis) plus vier weken voorwaardelijke hechtenis met een proeftijd van twee jaar.

Op 12 november 2016 werden vreedzame demonstranten van de anti-zwartepiet demonstratie in Rotterdam door de politie met geweld gearresteerd.

Ze zegt in het slotwoord tijdens de zitting dat zij wel bij de vreedzame anti-zwartepiet demonstratie op 12 november had willen zijn, maar die dag niet weg kon. Ze had de beelden op social media gezien en was bijzonder geschokt door het extreme politiegeweld van die dag: aan haren trekken, schouders verdraaien, wapenstokslagen, wurgklemmen en, bij de arrestatie van Jerry Afriye, uit het niets een vuistslag midden in zijn gezicht.

Om het aan de kaak te stellen schreef ze hierover op haar website. Omdat ze geen zin had in de zoveelste tirade, maakt ze er een sarcastisch stuk van – een nepadvertentie voor een fake app, genaamd Poke-a-Cop Go, een parodie op het virtuele spelletje Pokemon Go. Met de humor van de gefotoshopte pokemon figuren vertelt zij een hoop van haar frustratie, woede en verdriet kwijt te kunnen.

Zij wordt beschuldigd van opruiing en bedreiging met misdrijf tegen het leven en/of zware mishandeling.

Als reactie op een dergelijke zware strafeis zegt ze tegen de rechters:

“Ik heb het nooit voor mogelijk gehouden dat mijn schrijven daadwerkelijk iemand zou aanzetten tot enige handelingen, welke dan ook. En zo heb ik het ook nooit voor mogelijk gehouden dat iemand – wie dan ook – zich bedreigd zou voelen door dit schrijven. Dat hield ik niet voor mogelijk op het moment dat ik het schreef en het op mijn website plaatste, maar dat hou ik nu nog steeds niet voor mogelijk. Deze beschuldiging doet ook onrecht aan de intentie bij het schrijven: op sarcastische wijze politiegeweld aan de kaak stellen, gelijk met het van me afschrijven van mijn eigen geschoktheid, verdriet en frustratie. Niets meer en niets minder dan dat..

“Maar ik durf met grote stelligheid te beweren dat agenten zich op geen enkel moment daadwerkelijk bedreigd hebben kunnen voelen.”

“Als activiste zet ik mij in voor een betere wereld. In de hoop bij te dragen aan die sociale verandering, maak ik gebruik van verschillende manieren. Petities, campagnes, gesprekken met de lokale politiek, demonstraties, protesten en directe acties. En schrijven. Ik geloof in de kracht van al deze vormen samen. Maar ik geloof niet in geweld. Ik geloof niet in geweld van de politie, niet in geweld van de maatschappij, maar ook niet in geweld als protestvorm of in mijn eigen handelen.”

Vrijspraak, maar hoger beroep

De rechters oordelen dat het ‘bedreigen’ van niet-bestaande digitale Pokémon-achtige figuurtjes helemaal geen bedreiging is en daarmee ook geen opruiing. Het Openbaar Ministerie gaat echter toch in beroep.

Dhjana heeft nog een mooi alleszeggend slotwoord tijdens de zitting:

“Wat de uitspraak en het vervolg ook moge zijn, ik wil graag mijn slotwoord afsluiten vanuit de boeddhistische traditie. Ik wens u allen, geachte rechters, mevrouw de griffier, mevrouw de officier van justitie, de advocaat en allen hier aanwezig, dat u geluk, innerlijke rust en geborgenheid ervaart, en dat al mijn handelen daartoe mag bijdragen.”

 

Rob Vellekoop, 8 juli 2018