“Dag mevrouw,”, zegt de aardling, “mijn naam is Coq en ik kom uit Amsterdam.”
Candy stelt zich voor en vertelt dat ze uit Kandfight komt.
“Nooit van gehoord.”, mompelt de man.
“Nee”, zegt Candy, “Amsterdam zegt mij ook niets.”Coq komt bij Candy in het gras zitten en kijkt haar gefascineerd aan.
“U bent een mooie dame.”, zegt Coq.
“Dank u.”, antwoordt zij met een glimlach. “Dat zeggen de meeste mannen van de aarde als ze mij zien.”
“In Amsterdam wonen honderdduizenden mensen, zo iemand als jij heb ik daar nog nooit gezien.”
“Blijkbaar moet ik maar eens naar Kandfight komen om het vrouwelijk schoon te bewonderen.”“Waar ligt Kandfijt?” vraagt Coq terwijl hij weer naar zijn handen kijkt.
“Aan de Middelzee.”, zegt Candy.“En wat zoek jij hier, Candy?” “Eigenlijk zoek ik niks, maar het is zo leuk om andere wezens te ontmoeten.”
“Vaak ontmoet ik mensen van de aarde, dan hoor ik hoe het daar is en weet ik zeker dat ik geluk heb om in Volland te wonen”“Hmm,” zegt Coq, “kom jij dan ergens anders vandaan?” “Van de maan of zo?” Lichte spot klinkt in zijn stem.
Zij kijkt hem onderzoekend aan. “Jij denkt dat ik een grapje maak, ik kom niet van de aarde maar van Volland.”
“Ik heb geen idee wat je bedoelt met de maan, want daar is volgens mij nog nooit iemand geweest.”“Dat klopt,”, antwoordt hij verontschuldigend.”
“Het was als grapje bedoelt.”
“Neem me niet kwalijk, maar waar ligt Volland?“Tja,” zegt zij, “iedereen die ik hier tref wil dat weten.”
Verschijnt wekelijks op woensdag.
Rob Vellekoop (Uit: Coq en Candy in Volland)
Schilderij van Jeannette Quakkelaar, JJQart.nl
Be the first to comment