Bijdrage van
In 2005 vertrok René van Riel naar Frankrijk om daar een nieuw, zelfvoorzienend bestaan op te bouwen. Na wat omzwervingen vond hij een goede plek in de Haute Vallee de Aude. In deze bijdrage blikt hij terug op 13 jaar ervaring met zelfvoorzienend leven. Wat lukte? Wat was lastig? En wat zijn op dit moment de uitdagingen?
Ik begon vol goede moed aan mijn nieuwe leven op La petite fermette. Het huis had nog wat aanpassingen nodig. Wc eruit, composttoilet erin, houtoven annex fornuis plaatsen. Wat me opviel tijdens het klussen was vooral mijn houding als consument. Als ik iets nodig had was altijd mijn eerste gedachte: de bouwmarkt. Dat betekent minimaal vijftien kilometer rijden. Bovendien is het duur. Consuminderen dus.
Voedsel produceren
Zelfvoorzienend leven gaat natuurlijk ook over voedsel. Een feest van overvloed, heerlijke eigen groente en fruit, rampen en plagen. Precies zoals het leven is met alles erop en eraan. Wat vooral nieuw was voor mij, was de verbinding die je krijgt met moeder aarde, de elementen van de natuur, de invloed van de maan. Deze verbinding met de natuur brengt je dichter bij je eigen natuur. Daar zat voor mij de grootste winst.
De overvloed uit de tuin was zo groot dat ik me in het derde seizoen serieus moest gaan beraden wat ik aan moest met de overproductie. Veel verkocht ik aan een goed restaurant in de buurt.
De manier waarop ik tuinier is niet gebaseerd op een bepaald systeem. Ik gebruik geen dierlijke mest, maar composteer alles wat organisch is. Verrijk de aarde met bacteriën en maak (brandnetel) gier van allerlei planten. Bedenk dat de aarde van deze levende planeet hetzelfde functioneert als je eigen spijsverteringssysteem.
Nieuw voor mij is de walipini. Deze semi-ondergrondse serre biedt me weer nieuwe uitdagingen en mogelijkheden. Het opslaan en conserveren van groente en fruit is ook niet onbelangrijk om het hele jaar je eigen voedsel te eten. Maar hoe je het went of keert aan het eind van de wintergroente en alvorens de voorjaarsgroente zich aandient heb je een magere periode in het voedselaanbod.
Het winnen van zaad en het vermeerderen van planten vergroot uiteraard de autonomie. Het vermeerderen is zeer lonend en kost nagenoeg niets.
Gezondheid en verzorging van lichaam en geest
Misschien wel het allerbelangrijkste aspect van deze manier van leven is dat je nagenoeg alles doet, wanneer het voor jou het beste moment is. Wanneer iets gedaan moet worden, oogsten, doe je dat in overeenstemming met de natuur en je welbevinden. De winst hierdoor is enorm als je kijkt naar effectiviteit maar ook voor de (stress) belasting van je lichaam. Jij kiest het beste moment.
Wij produceren onze verzorgingsproducten zelf. Aangepast aan behoefte en voorkeur. Zeep, tandpasta, verzorgende zalf, medicinale zalf, tincturen en een enorm scala aan wilde en gecultiveerde kruiden. Het fermenteren van planten en kruiden verzorgt je spijsverteringssysteem en levert een positieve bijdrage aan levend voedsel.
Dit alles aangevuld met een dosis, dansen, zingen, muziek maken, yoga, qigong en massage maakt dat je ‘s morgens opstaat met veel zin om dit alles te beleven.
Dieren
De belangrijkste rol voor de dieren is hun natuurlijke aanwezigheid.
Uiteraard hebben ze ook een praktische bijdrage. De honden, de katten, de bijen zorgen voor de bestuiving. De kippen voor de eieren. De loopeenden voor de bestrijding van slakken. De ganzen waken over de kippen en eenden. De schapen zorgen voor de wol, de schapenkaas en de yoghurt. De paarden dragen bij voor hun diepe verbinding en wijsheid.
Uiteraard vraagt dit alles om verzorging en aanwezigheid. Dieren hebben niet het eeuwige leven in deze dimensie dus soms moet je afscheid nemen. Bovendien heb ik geen autonomie voor de granen en het hooi voor de winter.
Energie en water
Energie is wat de autonomie betreft geen gemakkelijk punt. Je begint uiteraard met het verbruik te verminderen. Zes zonnepanelen en twaalf batterijen zorgen voor voldoende stroom waardoor we niet langer aan het elektriciteitsnet gekoppeld zitten. Na drie dagen regen en bewolking start je geen wasmachine. Ook al kunnen we het water voorverwarmen met een houtgestookte boiler. Als de zon schijnt wordt het water verwarmd door de zonnecollector op het dak.
We kunnen koken op hout. Hout is hier namelijk in overvloed. Bovendien maken we veel gebruik van snoeihout, afvalhout en dood hout.
Maar je hebt toch ook nog gewoon benzine nodig voor de auto of gas om op te koken. Nee, het is mij nog niet gelukt om op dit onderwerp meer dan 70 % autonomie te krijgen.
Water sloeg ik voorheen op in grote kunststof reservoirs van 25.000 liter. Nu ben ik aan het onderzoeken of het me lukt om het water in het terrein op te slaan.
Centraal onderdeel hiervan is een zwemvijver die gevoed wordt door regenwater vanaf de daken. Vervolgens moet het water via de overloop op die plekken terecht komen waar het kan infiltreren in de bodem. De resultaten zullen pas in de zomer zichtbaar zijn.
Dat je op deze manier geen miljonair wordt zal duidelijk zijn. Door te consuminderen en de zelfproductie circuleert er weinig geld in deze eco-nomie.
Conclusie
Ik kan als gevolg van dit alles nooit meer terug naar het ‘leven’ in de moderne maatschappij. Aangezien die op mij als volslagen krankzinnig overkomt. De vrijheid, rust en ruimte, autonomie en soevereiniteit zijn mijn rijkdom.
Een belangrijke conclusie na 13 jaar ‘La petite fermette’ is dat ik het niet langer alleen of met een partner wil doen.
Nee, samen in verbinding met je gemeenschap, medebewoners, buren, vrienden.
Vandaar dat ik nu woon aan de rand van een dorpje met veertig inwoners. In een vallei met in totaal 500 inwoners. Dat is mijn gemeenschap. Mijn ferme de la vie.
Samen aan een nieuwe toekomst bouwen. Ik heb soms het idee dat we dat opnieuw moeten uitvinden. Maar met vallen en opstaan hebben we ook leren lopen.
Dit artikel verscheen ook op Transitieweb.nl
Dit is deel 5 van de serie Terug naar de basis (van de kleine gemeenschap), zie ook de andere delen.
deel 1 Rivendell
deel 2 Anastasia
deel 3 Zonneleen
deel 4 Levensboerderij
Geef als eerste een reactie