De bevolking krijgt nog een herkansing om hun opgebouwd pensioen(recht) te redden. Het verraad van Groen Links en de PvdA die heulen met de regeringscoalitie kan nog steeds ongedaan gemaakt worden. Het komt in onze ‘democratie’ bijna niet meer voor dat kiezers de blunders van de Tweede Kamer kunnen corrigeren. In 2023 doet zich eenmalig een dergelijke kans voor. Dan kan de kiezer indirect ingrijpen.
Pensioendrama
Op dinsdag 22 december stemden de volgende partijen voor de Wet Toekomstige Pensioenen (WTP): VVD, D66, CDA, Christen Unie, PVDA, Groen Links, VOLT en SGP. Hierdoor ligt de bal bij de Eerste Kamer die zich na de verkiezingen in 2023 in een nieuwe samenstelling over de wet moet uitspreken.
Als de WTP doorgaat onteigent de regering Rutte meer dan tien miljoen Nederlanders van hun pensioen waarvoor zij verplicht in ruil een ‘casinopensioenpot’ krijgen. Het regime berooft hen op deze manier van 1.500 miljard. De nieuwe wet moet per juli 2023 ingaan. Ondanks het ontbreken van een degelijke financiële onderbouwing heeft een meerderheid van de Kamer toch hiervoor gekozen.
Het eigendom van de pensioengerechtigden wordt dus overgeheveld zonder dat hen daarvoor om instemming wordt gevraagd.
De regering acht het voldoende dat het Parlement beoordeelt voor de deelnemers of dit goed gebeurt en verder ligt de verantwoordelijkheid bij de sociale partners en de besturen van de pensioenfondsen. De VVD heeft daar alle vertrouwen in!
Inflatie
Volgens Kamerlid Omtzigt is onbekend hoeveel pensioen iemand krijgt of naar welk bedrag er gestreefd wordt. Evenmin is duidelijk op welke manier de pensioenreserve wordt omgezet in individuele spaarpotjes. De maximale te betalen premie is niet bekend. Laat staan dat helder is op welke manier het pensioen kan variëren in de tijd.
Wel is bekend dat bij de opstelling van de wet is uitgegaan van 2 procent rekenrente en dat de inflatie niet boven de 6 procent uitkomt (terwijl de huidige al op 12 procent staat) gedurende vijftig jaar. Het gehanteerde pensioenmodel houdt volgens Omtzigt geen rekening met hoge inflatie. De pensioenpremie zal geen vast bedrag meer zijn, maar gaan fluctueren met de beurskoersen en de rente!
Mensen wordt niet alleen hun pensioen afhandig gemaakt, maar over de toekenning van hun potje hebben ze evenmin, vindt de regering Rutte, individueel of collectief recht op het maken van bezwaar. Ze moeten vertrouwen op de wijsheid van het Parlement en die van de pensioenfondsbesturen.
Risico’s
Al het door werkgevers en werknemers opgebouwde pensioengeld wordt ‘ingevaren’ dat wil zeggen wordt overgedragen naar miljoenen individuele potjes van de pensioengerechtigden. Daardoor komt het risico volledig bij de deelnemers te liggen. Een mogelijke buffer voor onverwachte risico’s in de toekomst ontbreekt geheel. Dat komt doordat de volledige pot van 1.500 miljard euro wordt herverdeeld over de deelnemers.
Daarnaast hebben nabestaanden het nakijken. Na overlijden komt het individuele potje te vervallen aan de collectiviteit, het kan dus niet worden overgedragen aan de partner. Tot slot blijkt dat pensioenfondsen de toestemming hebben om te beleggen met geleend geld! Dit is weer een leuk achterdeurtje voor de banken die daardoor hun graantje kunnen meenemen, voor zover ze dat in het nieuwe model al niet doen.
Rechtszaken
Als de pensioengerechtigde het niet eens is met de aan hem toegekende pensioenpot kan hij uitsluitend nog proberen zijn gelijk te halen bij de rechter. Omtzigt verwacht minstens 10.000 rechtszaken daarover en hij denkt dat zij de rechtsspraak volledig zullen laten ontsporen.
Provinciale Statenverkiezingen maart 2023
Voor de bevolking bestaat er de mogelijkheid via de Provinciale Statenverkiezingen van volgend jaar in te grijpen. Dat komt omdat de Eerste Kamer de wet nog moet goedkeuren. Als de kiezer erin slaagt de partijen die nu voor de WTP gestemd hebben af te straffen, dan komt er geen nieuwe pensioenwet.
Op 15 maart 2023 vinden de Provinciale Statenverkiezingen plaats. De nieuwe Statenleden kiezen op hun beurt op 30 mei 2023 de leden van de Eerste Kamer.
De huidige zetelverdeling in de Eerste Kamer van de partijen die voor de WTP stemden is als volgt.
VVD 12 zetels, CDA 9 zetels, D66 met 7 zetels, CU 3 zetels, PvdA 6 zetels, Groen Links met 8, Volt heeft er 0 en SGP tot slot 2 zetels. Samen hebben ze nu 47 zetels van de 75.
Deze verkiezingen zijn echter niet populair bij de bevolking. In 2019 is er een opkomst van iets meer dan 56 procent van de kiezers (7,3 miljoen mensen). De grote winnaar van de daaropvolgende verkiezingen van de Eerste Kamer was FvD. Dit resultaat werd echter teniet gedaan door een aantal afsplitsingen van de FvD-fractie. Daarmee zien we meteen dat een stem uitbrengen geen garantie geeft voor een bepaald beleid.
Rob Vellekoop, 24 december 2022
Ik begrijp niet zo goed de positieve insteek / verwachting die blijkt uit de kop en verdere inhoud van het artikel. Er spreekt immers de verwachting uit dat de Eerste Kamer de WTP nog kan tegen houden maar dan zou dat moeten gebeuren na de verkiezingen van 15 maart of misschien zelfs na de installatie van de nieuwe EK op 30 mei. Mij lijkt beide opties onwaarschijnlijk, ik verwacht dat de behandeling gaat plaatsvinden voor 15 maart en dan is er dus een meerderheid voor.